Als trotse inwoonster van een klein, idyllisch dorpje ergens
midden in Limburg, weet ik hoe moeilijk het is om leefbaar te blijven als dorp.
Met slechts een bakker en een bescheiden winkeltje, moeten we minstens 3
kilometer reizen om boodschappen te kunnen doen. Laat staan eens lekker
uitgebreid shoppen.
Dit alles heeft echter ook zijn charme. Met slechts 1000
inwoners kent bijna iedereen elkaar. Bovendien ontstaan er allerlei
initiatieven als een dorp beperkt wordt door ‘organen’ van bovenaf. Inwoners
steken de koppen bij elkaar om activiteiten en projecten te organiseren, die
vaak tot grote successen leiden.
Zo ook de fanfare in het dorp; muziekbron nummer één. Als lid van de PR-commissie probeer ik ervoor te zorgen dat bepaalde concerten of evenementen gepromoot worden in lokale media. Je kunt namelijk als dorp nog zo leefbaar willen zijn; zonder hulp van externen lukt het niet om voor uitverkochte zalen te spelen.
Zo ook de fanfare in het dorp; muziekbron nummer één. Als lid van de PR-commissie probeer ik ervoor te zorgen dat bepaalde concerten of evenementen gepromoot worden in lokale media. Je kunt namelijk als dorp nog zo leefbaar willen zijn; zonder hulp van externen lukt het niet om voor uitverkochte zalen te spelen.
Ik nam contact op met de regionale krant; zou er ergens de
gelegenheid bestaan om aandacht te besteden aan een bijzonder concert? Hoe
enthousiast ik mijn verhaal bracht, zo gereserveerd was de beste man in kwestie
aan de telefoon. Moeilijk, moeilijk. Ik moest maar een email sturen; als het
concert de moeite waard zou zijn, dan kreeg ik vanzelf een bericht terug.
De dagen streken voorbij, eveneens als het concert.
De eerstvolgende maandag sloeg ik de krant open. Een
levensgrote kerstboom sierde de voorpagina van het regionieuws. Er werd
uitvoerig besproken wat er allemaal kwam kijken bij het vervoeren van deze
knaap. Het was echt monnikenwerk, maar dan had je wel wat; een kerstboom van
reuzenformaat!
Ik zuchtte diep en nam nog een slok van mijn inmiddels lauwe
thee. Wat moeten we tegenwoordig nog doen als kleine kern om de krant te halen?
Waarom kan er niet beter worden samengewerkt met dergelijke media? En wie
bepaalt of iets de moeite waard is? Is dat niet ontzettend subjectief?
Één ding weet ik in ieder geval zeker; ik geef niet op.
Misschien komt er ooit een moment dat mijn vastberadenheid het wint van de
macht van de krant. Ik blijf het proberen. Kerstbomen mogen misschien dan wel
de halve wereld hebben; tegen mijn mentaliteit kunnen geen 100 kerstbomen op.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten